In 2016 heeft de commissie Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (commissie BBV) een notitie uitgebracht met regels voor gemeenten bij tussentijdse winstneming uit positieve grondexploitatiecomplexen en die aangevuld met de Notitie grondexploitatie . De kern is dat:
bij meerjarige grondexploitatiecomplexen de geprognosticeerde winstneming gedurende de looptijd van het project tot stand komt en ook als zodanig wordt verantwoord (tussentijdse winstneming);
tussentijdse winstneming verplicht is;
het bij tussentijdse winstneming noodzakelijk is de nodige voorzichtigheid te betrachten.
De gemeenteraad bepaalt hoe de winstneming plaatsvindt. De raad heeft in de vergadering van 17 juni 2019 de volgende uitgangspunten vastgesteld voor winstneming bij meerjarige grondexploitaties:
- de verwachte kosten en verliezen worden direct genomen en de winst pas na realisatie;
- de gerealiseerde kosten, de nog te maken kosten en de onzekerheden in de ontwikkeling van de kosten worden volledig meegenomen in de berekening;
- alleen de gerealiseerde baten worden meegenomen in de berekening;
- de grens voor de minimale boekwaarde van een grondexploitatiecomplex wordt vastgesteld op een positief bedrag van € 250.000;
- het bedrag voor winstneming wordt vastgesteld op ten minste € 500.000.
We hanteren hiermee zowel het voorzichtigheids- als het zorgvuldigheidsbeginsel. In 2023 wordt geen tussentijdse winstneming verwacht.